Missie, visie en strategie aangepunt

De Stichting bezint zich over haar missie, visie en strategie. Niet dat zij na 35 jaar niet weet waar ze voor staat, waar ze voor gaat en hoe ze haar doel wil bereiken. Echter, in de loop der jaren is de mondiale omgeving waarin we werken zodanig veranderd dat het aanpunten van de organisatorische dimensies zich opdringt.

Unilaterale ‘ontwikkelingshulp’ is uitgegroeid tot bilaterale ‘ontwikkelingssamenwerking’, die in een vloeiende wereld ter discussie staat. Dr. Réginald Moreels omschrijft de gewijzigde vorm als ‘ontwikkeling van de samenwerking’, een benadering die ik beschouw als de vernieuwde grondslag waarop de Stichting stoelt.

In onze hoogtechnologische maatschappij, waarin bevolkingsgroei in het zuidelijk halfrond zich versneld doorzet en de ongelijkheid steeds scherpere vormen aanneemt, moeten we de samenwerking zodanig ontwikkelen dat in achtergestelde regio’s duurzame positieve verandering kan ontstaan, zonder afhankelijkheid die de ongelijkheid doet toenemen. In dat licht is het belangrijk dat we blijven nadenken over het waarom, het wat en het hoe van het engagement dat de Stichting meer dan drie decennia geleden is aangegaan. Het actualiseren van missie, visie en strategie is bijgevolg een bestendige opdracht.

De bepaling van die in elkaar grijpende dimensies mag zich niet verliezen in sloganachtige taal of in een opgeklopt jargon. Ze moet de kern van de zaak raken en daar inspiratie putten voor levensvatbare initiatieven. Het fundament waarop de Stichting blijft staan, is de overtuiging dat we samen met de mensen in Benin de droom voor een humane samenleving waar kunnen maken. Daar staan we voor. De basisidee van onze visie omschrijven we voortaan als ‘ontwikkeling van de samenwerking’. Daar gaan we voor.

Die visie geeft handen en voeten aan onze missie en met een concreet actieprogramma brengen we die handen en voeten in beweging in een welomschreven regio, waar we inzetten op een integrale aanpak die basisgezondheidszorg, voedselvoorziening en scholing met elkaar verbindt. Dat de Stichting zich daarbij niet in zichzelf terugtrekt, is vanzelfsprekend. Het bundelen van capaciteiten en middelen met samenwerkende partnerorganisaties is de motor van ons actieplan.

Marc Vervenne