Gemeenschappelijke moestuinen

Sinds 2021 leggen we stelselmatig gemeenschappelijke moestuinen aan. Tot nu toe zijn er dertien functioneel. Per tuin zijn er een vijftiental vrouwen die in een coöperatieve de tuin bewerken en beheren. Met de oogst voorzien zij hun eigen familie van groenten en fruit. De overschotten verkopen ze op de markt waardoor ze extra eigen inkomsten genereren en een stuk financiële onafhankelijkheid opbouwen.

We sluiten erfpachtovereenkomsten met de lokale overheden, zodat de coöperaties het land voor meerdere jaren kunnen gebruiken. En elke gemeenschapstuin rusten we uit met een waterput met pomp op zonne-energie, een watertoren, een irrigatiesysteem en walletjes om het water vast te houden. Zo kunnen de vrouwen het hele jaar door planten en oogsten, ook in het droogseizoen.

Sidi en Moussa, de twee landbouwkundigen van onze Stichting, begeleiden de vrouwen bij het opstarten van de tuin en zorgen voor een regelmatige opvolging.

Enkele getuigenissen

Pauline N’Dah Koto woont in het dorp Boko, in de gemeente N’Dali. Zij teelt okra, amarant en crin-crin op 225 m². Je ziet haar op de foto’s met de amarant die ze geoogst heeft.
“Ik was niet gewend om in een moestuin te werken, maar met dit project leerden we hoe we perken moesten aanleggen en hoe de gewassen te onderhouden. Je kunt je niet voorstellen hoe gelukkig ik ben. Een deel van de groenten eten we thuis zelf op, maar het grootste deel verkoop ik op de markt, zodat ik een beetje kan sparen. Dankjewel aan de initiatiefnemers en sponsors!”

Hélène Orou, op de foto amarant aan het oogsten, werkt ook in de tuin in Boko. Voor haar lost de gemeenschappelijke moestuin meerdere problemen op zoals het gebrek aan water voor de groenteteelt in het droge seizoen en de financiële afhankelijkheid van de vrouwen van hun echtgenoten.
“Nu we zelf gewassen kunnen oogsten, hangen we niet meer van onze mannen af om eten te maken. We komen naar de tuin, nemen wat we nodig hebben en de rest verkopen we op de markt. Zo worden we langzaamaan financieel onafhankelijk. Dat is een goede zaak. Bedankt aan iedereen die dit project mogelijk heeft gemaakt.”

Bij ieder bezoek zeggen de vrouwen dat ze zeer gelukkig zijn met de moestuin. Het project heeft echt hun levensomstandigheden verbeterd. Naffissath Soulé Yami, in de gele blouse op de foto, teelt sla, nachtschade, tomaat, amarant, kool, okra en crin-crin. Zij vertrouwt ons toe dat zij en haar man nu ook een hechtere band hebben gekregen.
“Nu ik zelf kan oogsten en verkopen, kan ik beetje bij beetje bijdragen aan de financiële uitgaven van het huis. Ik hoef niet meer op mijn man te wachten als ik iets nodig heb. De sfeer thuis is nu veel vrediger. Bovendien gebruiken wij geen chemische meststoffen bij de teelt van onze gewassen, waardoor onze groenten heel erg in de smaak vallen bij de klanten.”

De aanleg van de eerste moestuinen werd mogelijk gemaakt dankzij subsidies van het Elisabeth en Amélie Fonds, beheerd door de Koning Boudewijnstichting, subsidies van de provincie Antwerpen, de provincie West-Vlaanderen, de provincie Vlaams-Brabant en de stad Mechelen, alsook inkomsten uit onze campagne ‘Bijbenen voor Benin 2021‘.

Onze ambitie is om in elk dorp van ons werkgebied – 70 in totaal – een gemeenschappelijke moestuin aan te leggen. Voor de aanleg van één volledig uitgeruste en geïrrigeerde moestuin, inclusief boren van een waterput, mag je rekenen op ongeveer 15 000 euro. Extra inkomsten blijven dus nodig.