Dankzij subsidies van het Fonds Elisabeth en Amélie, beheerd door de Koning Boudewijnstichting, de Provincie Antwerpen, de Stad Mechelen, de Provincie West-Vlaanderen en de Provincie Vlaams-Brabant, en de inkomsten van Bijbenen voor Benin 2021 hebben we dertien gemeenschappelijke moestuinen kunnen aanleggen. Het moestuinenproject dat kadert in onze strijd tegen ondervoeding is ongeveer een jaar geleden opgestart en is bijna volledig volgens planning verlopen. De dertien plaatsen zijn nu voorzien van waterputten met zonnepompen, watertorens en irrigatiesystemen.
Het doel is dat vrouwen van de coöperatieven het hele jaar door kunnen planten en oogsten, ook tijdens het droge seizoen. Om de moestuinen te lanceren hebben we aan de dertien coöperatieven zaadjes geschonken van tomaten, chilipepers, okra, nachtschade, kool, sla en amarant. Daarnaast hebben de vrouwen ook andere zaken aangeplant zoals crin-crin, wortelen, uien en aubergines. Alle tuinen functioneren nu. Terwijl op sommige plaatsen de gewassen nog volop aan het groeien zijn, wordt op andere plaatsen al geoogst. In de maand juli hebben de drie coöperatieven die het eerst volledig uitgerust waren, al 9.700 CFA verdiend met de verkoop van groenten. De rekeningen zijn nog niet helemaal afgesloten, maar Roméo Ezin, voormalig beursstudent van de Summer School en verantwoordelijk voor de opvolging van de activiteiten in de moestuinen, schat de groenteverkoop in augustus op 50.000 CFA.
Enkele getuigenissen
Pauline N’Dah Koto woont in het dorp Boko, in de gemeente N’Dali. Zij teelt okra, amarant en crin-crin op 225 m². Je ziet haar op de foto’s met de amarant die ze geoogst heeft. “Ik was niet gewend om in een moestuin te werken, maar met dit project leerden we hoe we perken moesten aanleggen en hoe de gewassen te onderhouden. Je kunt je niet voorstellen hoe gelukkig ik ben. Een deel van de groenten eten we thuis zelf op, maar het grootste deel verkoop ik op de markt, zodat ik een beetje kan sparen. Dankjewel aan de initiatiefnemers en sponsors!”
Hélène Orou, op de foto amarant aan het oogsten, werkt ook in de tuin in Boko. Voor haar lost de gemeenschappelijke moestuin meerdere problemen op zoals het gebrek aan water voor de groenteteelt in het droge seizoen en de financiële afhankelijkheid van de vrouwen van hun echtgenoten. “Nu we zelf gewassen kunnen oogsten, hangen we niet meer van onze mannen af om eten te maken. We komen naar de tuin, nemen wat we nodig hebben en de rest verkopen we op de markt. Zo worden we langzaamaan financieel onafhankelijk. Dat is een goede zaak. Bedankt aan iedereen die dit project mogelijk heeft gemaakt.”
In Koubou, een dorp in de gemeente Tchaourou, hebben ze al meerdere keren kunnen oogsten.
Bij ieder bezoek zeggen de vrouwen dat ze zeer gelukkig zijn met de moestuin. Het project heeft echt hun levensomstandigheden verbeterd. Naffissath Soulé Yami, in de gele blouse op de foto, teelt sla, nachtschade, tomaat, amarant, kool, okra en crin-crin. Zij vertrouwt ons toe dat zij en haar man nu ook een hechtere band hebben gekregen. “Nu ik zelf kan oogsten en verkopen, kan ik beetje bij beetje bijdragen aan de financiële uitgaven van het huis. Ik hoef niet meer op mijn man te wachten als ik iets nodig heb. De sfeer thuis is nu veel vrediger. Bovendien gebruiken wij geen chemische meststoffen bij de teelt van onze gewassen, waardoor onze groenten heel erg in de smaak vallen bij de klanten.”
Beelden genomen op andere plaatsen.